Woord Vooraf
Beste lezer,
verderop in dit nummer van de Courant kan u lezen dat in de komende maand twee Nederlandse doctorandi hun proefschrift zullen verdedigen. Op hun manier belichamen Hans van Hall en Jacob Giltaij de twee uitersten van de rechtsgeschiedenis. De eerste heeft een kleine vrijheid onderzocht met een grote liefde voor de plaatselijke geschiedenis en de archieven daarvan, de tweede bekijkt het universele thema van de mensenrechten en vraagt zich af of ons moderne concept mensenrechten niet al een voorloper had in het antieke Romeinse recht. Twee verschillende soorten onderzoek, maar toch één rechtsgeschiedenis die in beide proefschriften aantoont hoe boeiend ons onderzoek kan zijn. Juist daarom bevelen wij van de Courant graag beide aan. Het mooie van de rechtsgeschiedenis is net dat die gaat van de oertijd tot vandaag, van het lokale tot het universele, van de kleine handelaar in een vrijheid tot Grotius, van de werkvloer tot de Academie. Vooral de jonge rechtshistorici willen wij hier oproepen om niet enkel over het eigen deelgebied iets te lezen of lezingen bij te wonen, maar om zoveel mogelijk de rijke schotels van de rechtsgeschiedenis te degusteren.
Tot slot een warm woordje van dank aan Bram Van Dael, die gedurende enkele jaren redacteur van deze Courant geweest is. Met ingang van 1 september is hij een nieuwe loopbaan begonnen als advocaat aan de Brusselse balie. Wij wensen hem hierbij heel veel succes! Maar niet gevreesd: de rechtshistorische wereld zegt hij nog geen vaarwel! Hij blijft immers als vrijwillig wetenschappelijk medewerker verbonden aan het Gentse Rechtshistorische Instituut.
Dirk HEIRBAUT, Bruno DEBAENST & Sebastiaan VANDENBOGAERDE
|
1. Recente Publicaties
|
- MORIGIWA, Y., STOLLEIS, M. & HALPERIN, J.-L. (eds.), Interpretation of law in the Age of Enlightment from the Rule of the King to the Rule of Law, Dordrecht-Heidelberg, Springer, 2011, 144 p.
In dit werk onderzoeken rechtshistorici en -filosofen de interpretatie van het recht in de 18de eeuwse praktijk. Het doel is de reconstructie van de praktijk tijdens de Verlichtingsperiode. Algemeen wordt aangenomen dat de wil van de soevereine vorst wet was, wat interpretatie overbodig maakte. De realiteit blijkt echter ingewikkelder. Er was een veelheid aan rechtsbronnen: het Romeins recht, lokale costumes en de koninklijke ordonnanties. De rechtspraak diende echter in één gelijke stem te spreken, waardoor interpretatie van de normen onvermijdelijk was. Hoe verliep dit proces? Welke rol speelde de redelijkheid in de argumentering? Op deze en vele andere vragen wordt gepoogd een antwoord te bieden.
|
|
- DAUCHY, S. & VEC, M. (eds.), Les conflits entre peuples. De la résolution libre à la résolution imposée, Baden-Baden, Nomos, 2011, 197 p.
Dit werk is het resultaat van de vruchtbare samenwerking tussen het Centre d’Histoire Judiciaire (CNRS-Université Lille 2) en het Max-Planck-Institut für europäische Rechtsgeschichte (Frankfurt). Het bevat bijdragen die werden gepresenteerd op de bijeenkomst te Frankfurt op 27-29 september 2007.
Het volkerenrecht pakte interstatelijke conflicten steeds al op een eigen manier aan. Bij gebrek aan een overkoepelende organisatie die het geschil bindend kon beslechten, bleven veel mogelijke oplossingen geblokkeerd. Velen droomden van een rechtsinstelling die conflicten tussen volkeren zou oplossen, terwijl deze utopie voor anderen niet wenselijk was. Het recht speelde hoe dan ook in de conceptualisering en oplossing van internationale conflicten een grote rol, denke men maar aan de diplomatenfunctie. De auteurs -juristen en historici- bekijken historische casussen en hun oplossing. In hoeverre is de juridisering van de internationale conflictoplossing de regel en welke factoren en invloeden droegen daartoe bij? Het doelpubliek bestaat uit juristen, historici, politicologen, sociologen en personen die zich interesseren in de normativering van tussenstaatse conflicten.
|
|
- VAN BOVEN, M. & BROOD, P. (eds.), Tweehonderd jaar rechters, Hilversum, Verloren, 2011, 416 p.
Napoleon voerde de huidige Nederlandse rechtsorde in 1811 in. Naar aanleiding van deze bicentenaire werd dit herdenkingsboek opgesteld. Het stelt de persoon van de rechter centraal. Onderwerpen zoals het benoemingsbeleid, rechters in de politiek, publicerende rechters, het beeld van de rechter in de literatuur, de ontwikkeling van individuele magistraat naar een hechte rechterlijke macht, de lekenrechtspraak, rechters-specialisten, rechters in oorlogstijd en de huidige veranderingen binnen de rechtspraak, komen allemaal aan bod. De bijdragen worden afgewisseld met biografieën van markante leden van de rechterlijke macht. Het werk is verkrijgbaar vanaf november 2011.
|
|
- VAN HALL, H., Eijsden, een vrijheid met Luikse stadsrechten. Een rechtshistorische schets van een 'Minderstadt' in de regio tussen Maas en Rijn (ca. 1300 - ca. 1550), Hilversum, Verloren, 2011, 478 p.
Was Eijsden in de uiterste zuidwesthoek van de Nederlandse provincie Limburg een stad, een dorp of geen van beide? Dat is de vraag die centraal staat in deze rechtshistorische studie naar de ontwikkeling van Eijsden in de periode 1300-1550. Op basis van rechtsregels en rechtspraktijk, in combinatie met ruimtelijke, demografische en sociaal-economische aspecten concludeert de auteur dat Eijsden als een stadje -een Minderstadt- kan worden beschouwd.
Eijsden is exemplarisch voor tal van stadjes die in de Late Middeleeuwen door diverse landsheren zijn gesticht in het politiek fel betwiste gebied aan weerszijden van de Maas. Zo verleende de prinsbisschop van Luik privileges aan Eijsden die ontleend zijn aan het stadsrecht van Luik. Het zogenaamde Vrijheidsboek, waarvan een tekstkritische en geannoteerde editie als losse bijlage in de studie werd opgenomen, getuigt hier van.
|
|